maandag 11 januari 2021

Nieuwsbrief, jaar VIII, nr. 11 – december 2019

 Banele: van straatjongen naar seminarist

Siyabonga Banele Ndlovu is een jonge Zuidafrikaan van 24 jaar die een harde lijdensweg heeft doorgemaakt: al spoedig half wees door het overlijden van zijn moeder en ten slotte op straat levend als dakloos kind van zes.  Nu is hij seminarist en studeert hij aan de Universiteit van het Heilig Kruis in Roma dank zij een studiebeurs.

Ik ben de jongste van vijf kinderen, vier jongens en een meisje. Ik ben 20 februari 1994 geboren. Mijn ouders, gelovige katholieken, hadden huwelijksproblemen, waarbij vooral het alcoholgebruik van mijn vader vermeld moet worden. Na de dood van mijn moeder, moesten mijn oudste broer en ik verhuizen om bij een van onze tantes te wonen. Na een korte tijd in haar huis, gooide mijn oom ons het huis uit en kwamen wij op straat te leven. Van 6 tot 8 jaar was ik een dakloos straatkind! En mijn tante kon het niets schelen. Ondanks dat wij op straat leefden, gingen wij naar school en daar kregen wij te eten.”

“Wonderlijk genoeg waren wij te hoogbegaafd en te ondernemend om als straatkinderen te leven. Na enige tijd ging ik nog een keer verhuizen naar het huis van een andere tante. Hier was het dat God mij begon in te geven wat Hij werkelijk van mij wilde.

2011 was het jaar van de Wereld Jongeren Dagen in Madrid, en ik werd uitgekozen om daar als afgevaardigde van mijn school heen te gaan. Echter, op 9 juli kregen wij een auto-ongeluk, en God riep mijn broer met zijn twee zoontjes tot zich. Zes mensen kwamen bij dat ongeluk om het leven en twee overleefden het: God heeft altijd een plan met ons wat wij niet begrijpen. Ik lag twee weken in coma en daardoor kon ik niet naar Spanje."

Samen met andere seminaristen uit de hele wereld in het Internationaal Kerkelijk College Sedes Sapientiae.

“Tijdens mijn laatste studiejaar solliciteerde ik met de hulp van mijn docent van het college bij het seminarie van mijn bisdom. Bij mijn aankomst kwam de bisschop meteen ter zake en vroeg mij naar mijn roeping.”


Banele is een goede student in het Seminarie en ook een gedreven voetballer

“En zo was het dat ik in Rome terechtkwam bij de Universiteit van het Heilig Kruis. Hier is het dat ik nu het geluk heb mijn vorming te krijgen in het Internationaal Kerkelijk College Sedes Sapientiae, dank zij giften van mijn weldoeners, waardoor zoveel lijden in mijn leven ruimschoots vergoed wordt."

“Het was in een moslim-land dat de Heer mij heeft geroepen om priester te zijn”.

Don Pravin D’Souza, priester van het Aartsbisdom Bombay in India, vertelt hoe hij zijn roeping ontdekte in een moslimland. Hij studeert nu dogmatische theologie aan de Pauselijke Universiteit van het Heilig Kruis in Rome en woont in het priestercollege Altomonte.

Ik kom uit een katholieke middenstandsfamilie en ben de tweede van drie broers. Na mijn schooltijd heb ik vier jaar in Bombay gewerkt en daarna nog twee jaar in Sharjah (Verenigde Arabische Emiraten). Het was in dat moslimland dat ik Gods roeping voelde om priester te worden. In de Emiraten is de wekelijkse rustdag op vrijdag, en die dag gebruikte ik altijd om in de kerk de mis bij te wonen. Elke keer als ik tijdens de eucharistie naar het kruis keek, voelde ik in mijn binnenste een stem die mij zei: “Volg Mij”.


In Sharjah kende ik geen enkele priester of religieus met wie ik deze ervaring kon delen. Dus toen ik tijdens mijn vakantie weer naar Bombay ging, sprak ik over mijn problemen met de pastoor. Ik had een goede baan die mij veel voldoening gaf, maar de roeping van de Heer was toen zo sterk dat ik besloot de baan op te geven. Op 22 juni 2007 ging ik naar het seminarie en op 11 april 2015 werd ik priestergewijd. Het Aartsbisdom Bombay telt zo’n 500.000 katholieken, 124 parochies, 311 seculiere priesters en heel wat religieuzen, broeders en zusters. Deze zijn werkzaam  op basisscholen, in de sociale dienstverlening en in missiecentra en ondersteunen daarmee het apostolaat in ons Aartsbisdom. Het is een pastorale uitdaging om te werken in de multireligieuze samenleving van India, waar het christendom een minderheid is. Maar over het geheel genomen zijn er nog steeds meer priesters en religieuzen nodig om in de geestelijke behoeften van de katholieken te kunnen voorzien. Dank aan alle weldoeners van de pauselijke universiteit; en graag uw gebed voor onze intenties.

Foto rechts: De jonge priester Jiso en zijn oude rector na de priesterwijding.




De levenskracht van de kerk van SIRO-MALABAR

De rector Javier Canosa, van het Internationale Kerkelijk College Sedes Sapientiae, een seminarie in Rome, kreeg de gelegenheid om naar Trichur (Kerala, India) te gaan, om te assisteren bij de priesterwijding van Jiso Kuttikat. Deze heeft gestudeerd aan de Pauselijke Universiteit van het Heilig Kruis in Rome en heeft gewoond in het seminarie Sedes Sapientiae en in de priesterresidentie Altomonte.


Dank zij de beminnelijke gastvrijheid van de aartsbisschop van Trichur heb ik veel voorbeelden gezien van de vitaliteit van de kerk van Siro-Malabar, bijvoorbeeld de Basiliek van Onze Lieve Vrouw van Smarten, met haar indrukwekkende “Toren van de Bijbel”, het bedevaartcentrum waar het lichaam ligt van de heilige Eufrasia, die door paus Franciscus in 2014 is heiligverklaard, en verscheidene andere parochies. Daarbij zou men in elk geval de kerk van de heilige Thomas in Palayur kunnen vermelden, waar, volgens de overlevering, de heilige apostel Thomas in het jaar 52 is begonnen met de evangelisatie van India. Wat een bijzondere indruk op mij maakte was het feit dat op de doordeweekse dagen de vroegmissen van half zes of zes uur zo goed bezocht worden.

Het was bovendien een grote vreugde de familie van Jiso te leren kennen en ook de families van Alex Vincent en Frijo Tharayil, en van andere priesters die aan het Heilig Kruis hebben gestudeerd en in Sedes Sapientiae gewoond. Allemaal konden zij hun vorming in Rome krijgen dank zij de steun van weldoeners. Het is mooi om te zien met hoeveel vreugde die priesters, die naar hun bisdommen zijn teruggekeerd, zich bewust zijn van de steun die zij hebben gekregen en hoe zij voor hun weldoeners blijven bidden.

Openingsceremonie van het nieuwe academische jaar op maandag 7 oktober 2019

Op maandag 7 oktober 2019 vond in de pauselijke Universiteit van het Heilig Kruis de openingsplechtigheid plaats van het nieuwe academische jaar.

De traditionele votiefmis van de Heilige Geest werd gevierd in de Basiliek Sant’Apollinare. Het was een concelebratie van de grootkanselier, Mgr. Fernando Ocáriz, samen met priesters van de verschillende faculteiten. In zijn homilie verwees Mgr. Ocáriz naar het grote Hebreeuwse Pinksterfeest, bijna twee maanden na de kruisiging van Christus. De stad was vol vreemdelingen uit alle landen onder de hemel (Hand. 2, 5), ook uit Rome. “Vandaag begint hier het nieuwe academische jaar, het vijfendertigste van deze universiteit. En wij zouden kunnen zeggen dat ook wij, net al toen in Jeruzalem, hier bijeen zijn gekomen uit alle landen die zich onder de hemel­boog bevinden. En ook ons doel is, net als bij de apostelen toen in Jeruzalem, om te spreken over de grote werken van God. Daarom is het voor ons een grote vreugde hier de votiefmis van de Heilige Geest te vieren, de Heilige Geest die ons alles zal leren, zodat wij het aan anderen kunnen doorgeven.”

Tijdens de plechtige votiefmis van de Heilige Geest





Met het voorbeeld van Moeder Teresa

Tijdens het studiejaar helpen seminaristen van de Sedes Sapientiae bij het pastorale werk dat wordt verricht bij verschillende instellingen in het Bisdom Rome: parochies, ziekenhuizen, verzorgings­tehuizen …

Twee groepen  werken één middag in de week samen met de Missionarissen van de Liefde, gesticht door Moeder Teresa in Calcutta. Het is een gelegenheid om dienstbaar te zijn: voor de armen en voor mensen die verkeren in een toestand van schrijnende verlatenheid. De seminaristen zijn erg dankbaar voor deze ongelooflijke ervaring, zoals een van hen het omschreef, die hen in staat stelt te leren van de tederheid en fijngevoeligheid waarmee de religieuzen de armen, zieken en bejaarden bijstaan; dit is het geven van liefde aan de armen, wat altijd al een onmiskenbare eigenschap van de Kerk is geweest.

Zoals paus Franciscus in 2016 zei: “In de Kerk zijn dingen gebeurd die niet zo goed zijn, en vele zonden, en die gebeuren nog steeds, maar waar het gaat om de armen te dienen met werken van barmhartigheid, hebben wij als Kerk altijd de Heilige Geest gevolgd.

Voor een priester of een diaken is dienen als ademhalen

Op 9 november in Rome ontvingen 29 gelovigen van het Opus Dei uit 13 verschillende landen, waaronder Juan Ignacio Vergara uit Nederland, uit handen van Mgr. Philippe Jean-Charles Jourdan de diakenwijding. Op 23 mei 2020 worden de nieuwe diakens priester gewijd.


De diakenwijding op 9 november 2019 in San Eugenio

"Om te dienen, om te dienen: dat is de sleutel, mijn beste broeders.... Voor een priester of een diaken is dienen als ademhalen. Een priester die niet wil dienen, is als een arts die bang is voor bloed."

 

Juan Ignacio (Nacho) Vergara tijdens de diakenwijding

Dit waren de woorden van Mgr. Philippe Jean-Charles Jourdan, apostolisch administrator van Estland, die 29 gelovigen van het Opus Dei, allen studenten van de Pauselijke Universiteit van het Heilig Kruis, diaken wijdde.

 


Een video impressie van het seminarie Sedes Sapientiae

In de artikelen over Banele en Siro-Malabar op blz. 1 en 2 van deze nieuwsbrief heeft u al gelezen over het seminarie Sedes Sapientiae. Dat is het seminarie waar de meeste priesterstudenten verblijven die aan de Pauselijke Universiteit van het Heilig Kruis studeren. Het ligt aan de Via dei Genovesi nr. 30 in Rome. Via de volgende link kunt u een video over dit seminarie bekijken:
http://bit.ly/sedessap 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten